REYNAARDE TALENTONTWIKKELING
030 - 60 627 11
INFO@REYNAARDE.NL
Competentieniveaus competentie Luisteren
Competentieniveaus algemeen
Het bepalen van het competentieniveau is relevant voor het vaststellen van de mate waarin de medewerker bepaald gedrag moet beheersen. De rol, positie en niveau binnen de organisatie vraagt vaak om specifiek gedrag en dus ook een bepaald niveau waarop de competentie beheerst dient te worden. Het bepalen van het niveau van een competentie is daarmee minstens zo relevant als het vaststellen van welke competentie iemand zou moeten beheersen. Zeker als je medewerkers gaat beoordelen en wanneer de competenties leidend zijn bij de ontwikkeling van de medewerker.
Wij onderscheiden vijf gedragsniveaus. Hieronder de algemene omschrijving van de vijf niveaus:
Niveau 1: Basis/Starter
- Dit gedragsniveau is vaak passend bij operationeel werk of bij starters. Er wordt nog weinig initiatief verwacht en de medewerker levert gestuurd resultaten.
Niveau 2: Vakman/Vakvrouw
- Dit gedragsniveau vragen we doorgaans van een medewerker in de operatie met enige ervaring en doet een beroep op de zelfstandigheid van de medewerker.
Niveau 3: Professional/Sturen
- Dit gedragsniveau is passend bij medewerkers in een coördineren of leidende positie waarbij het bijdragen aan het werk van anderen een rol speelt. Dit kan zowel op het gebied van kennis als mensen zijn.
Niveau 4: Expert/Management
- Bij dit gedragsniveau past een hoge mate van eigen initiatief en zelfstandigheid waarbij het verantwoordelijk zijn voor een kennisgebied of bedrijfsonderdeel een rol speelt.
Niveau 5: Strategie/Leiderschap
- Bij dit gedragsniveau past het verantwoordelijk zijn voor de gehele organisatie voor wat betreft de visie, missie en strategie.
Gedragsniveaus: Luisteren
Hieronder staan de specifieke gedragsniveaus van deze competentie. Bij elk niveau zijn een drietal, voor deze competentie, kenmerkende gedragscriteria genoemd. Deze gedragscriteria geven aan welk gedrag we van iemand mogen verwachten op ieder niveau.
Niveau 1: Basis/Starter
- Houdt contact met de spreker (knikt, humt, oogcontact).
- Laat de spreker uitpraten.
- Stelt vragen aan de spreker.
Niveau 2: Vakman/Vakvrouw
- nvt
- nvt
- nvt
Niveau 3: Professional/Sturen
- Vraagt door op wat de spreker heeft gezegd.
- Vat samen wat de spreker heeft gezegd.
- Stelt controlevragen om te toetsen of de spreker goed begrepen is.
Niveau 4: Expert/Management
- nvt
- nvt
- nvt
Niveau 5: Strategie/Leiderschap
- Vraagt net zolang door totdat de kern van de boodschap van de spreker duidelijk is geworden.
- Laat zien dat hij geluisterd heeft door later in het gesprek terug te komen op opvattingen en ideeën van de spreker.
- Reageert op non-verbale signalen van de spreker, waardoor ook de onuitgesproken boodschap helder wordt.